Tijdens ons onderzoek meten we soms de hersenactiviteit van baby’s terwijl ze bijvoorbeeld naar plaatjes of een filmpje kijken, of naar woordjes of een verhaaltje luisteren. Dit doen we met behulp van EEG: het elektroencefalogram ofwel hersenfilmpje. Maar hoe werkt dit eigenlijk?
𝗖𝗼𝗺𝗺𝘂𝗻𝗶𝗰𝗮𝘁𝗶𝗲 𝗶𝗻 𝗵𝗲𝘁 𝗯𝗿𝗲𝗶𝗻
De hersenen bestaan uit meer dan 80 miljard (!) hersencellen die neuronen worden genoemd. Wanneer de hersenen informatie verwerken of een actie plannen, communiceren deze neuronen met elkaar. Er loopt dan een heel klein elektrisch stroompje van de ene neuron naar de andere.
𝗛𝗲𝗿𝘀𝗲𝗻𝗮𝗰𝘁𝗶𝘃𝗶𝘁𝗲𝗶𝘁 𝗺𝗲𝘁𝗲𝗻
Wanneer veel neuronen tegelijkertijd actief zijn, ontstaat er aan de buitenkant van het hoofd elektrische lading, deze is ongeveer 100.000 maal zwakker dan van een batterij. Om dit te meten, krijgt de baby een soort badmuts op met sensoren. Het gemeten signaal wordt vervolgens naar een computer gestuurd. Op het beeldscherm zien we nu van elke sensor een klein elektrisch signaaltje (swipe links); deze kunnen we gaan analyseren.
𝗪𝗮𝘁 𝘇𝗲𝗴𝘁 𝗵𝗲𝘁 𝗯𝗿𝗲𝗶𝗻?
Hersenactiviteit geeft ons inzicht in hoe baby’s en kinderen de wereld waarnemen en begrijpen. Er gaat veel meer om in die kleine babybolletjes dan vroeger werd gedacht! Door middel van EEG onderzoek weten we inmiddels bijvoorbeeld dat baby’s bewegingen van anderen ‘meedoen’ in hun hersenen alsof ze zelf zouden bewegen. Ook weten we dat ze feedback kunnen verwerken en daarvan kunnen leren.
Hersenactiviteit is dus een onuitputtelijke bron van informatie voor onderzoekers.