We weten allemaal dat voorlezen goed is voor jonge kinderen. Het helpt hen bij het leren van taal en legt een sterke basis voor later lezen en schrijven. Maar waarom werkt voorlezen eigenlijk zo goed? Dát is nog niet helemaal duidelijk.
Onderzoek naar complexe taal in verhalen
Wij hebben onderzocht of voorlezen helpt bij het leren van complexe taal. Verhalen gaan vaak over situaties waarbij we praten over wat mensen denken, voelen of willen. Als we zulke verhalen uitleggen aan kinderen, gebruiken we vaak rijkere, ingewikkeldere taal dan normaal. Maar helpt dat kinderen ook echt bij hun taalontwikkeling?
Twee soorten verhalen
Onderzoeker Amber Muhinyi heeft dit uitgezocht. Ze werkte met groepjes van 3- en 4-jarigen, die willekeurig in twee groepen werden verdeeld:
- De ene groep werd simpele verhalen voorgelezen, die makkelijk uit te leggen zijn met eenvoudige taal.
- De andere groep werd complexe verhalen voorgelezen die juist vragen om uitgebreidere uitleg, bijvoorbeeld over wat iemand denkt of voelt.
Amber las deze verhalen twee keer per week voor, zes weken lang. Ze keek daarna hoeveel woorden de kinderen hadden geleerd, en welke taal ze zelf gebruikten tijdens het voorlezen.
Wat bleek?
Kinderen die de complexe verhalen hoorden, gebruikten zelf ook meer complexe taal tijdens het voorlezen. Maar hun woordenschat groeide niet sneller dan die van de andere groep.
Wat zegt dit?
Het lijkt erop dat complexe verhalen kinderen stimuleren om zelf rijkere taal te gebruiken. Dat is positief. Maar: in deze korte periode van zes weken leidde dat nog niet tot meetbare groei in hun taalontwikkeling.
Waarschijnlijk is voorlezen dus goed voor taalontwikkeling omdat het taalgebruik tijdens het lezen rijker en complexer is dan in alledaagse gesprekken. Dit vertalen naar effectieve interventies is echter nog een hele uitdaging!
