Ik ben postdoc bij het Language Development Department. Door mijn onderzoek probeer ik te weten te komen hoe kinderen taal leren van de wereld om hen heen. Ik denk dat het leren van taal niet alleen afhankelijk is van het taal-leer mechanisme in ons hoofd, maar ook van de verschillende soorten ervaringen die door dat mechanisme gebruikt worden. Daarom is het belangrijk om te begrijpen hoe kinderen de wereld ervaren, om te ontdekken welke visuele en auditieve eigenschappen belangrijk zijn bij het leren van taal.
In mijn eerdere en huidige onderzoeken wordt gekeken naar de leeromgeving van kinderen, door gegevens te verzamelen van verschillende situaties waarin kinderen woorden leren (zoals spelen met speelgoed, boekjes lezen, etc.). Hiervoor heb ik nieuwe technologieën gebruikt, zoals draagbare camera’s en op het hoofd gemonteerde eyetrackers (een systeem dat oogbewegingen meet; zo kun je zien waar iemand naar kijkt). De inzichten die hieruit naar voren kwamen, gebruik ik ook om meer gecontroleerde onderzoekjes in het lab uit te voeren, om zo de mechanismes te testen waardoor kinderen leren. Door tegelijk te kijken naar de verzamelde gegevens in een dagelijkse omgeving en naar de gegevens die in het lab verzameld zijn, leren we steeds beter begrijpen hoe kinderen woorden leren.